eten en niet willen eten
En hier ben ik
weer
Deze keer wil ik
het met jullie hebben over een uiterst belangrijk onderwerp, nl. eten.
Mijn voer en meer
bepaald mij aan het eten krijgen is hier heel lang een serieus dingetje
geweest.
Toen ik als pupje
van 9 weken mijn intrek nam bij de sukkels, ben ik meteen met mijn lolletjes
gestart. Goed, toegegeven, de eerste paar weken at ik mijn puppybrokjes, die ze
bij de fokker hadden aangeschaft, nog behoorlijk netjes. In het begin nog wat
geweekt en nadien gewoon zo uit de voerbak. Maar ik zou natuurlijk de tricolore
oppergod niet zijn, als ik niet razend snel doorhad dat de sukkels geen
ervaring hadden met exemplaren van ons unieke ras.
Zij had in haar
jeugd een boeren fox gehad en dat was blijkbaar een soort bancontact op poten.
Die at en slikte alles en had -naar wat zij vertelt- al snel het uitzicht van
een salontafeltje en moest dus op constant op dieet, wat hij kwijlend en
bedelend onderging.
Schrokken en
bedelen, dat is mij totaal vreemd. Laat staan dat ik kunstjes zou gaan opvoeren
voor snoepjes of andere eetbare traktaties. Hier hadden ze al snel door dat
ik uit heel ander hout gesneden ben. Dus
na een paar weken met toenemende lange tanden die puppybrokken te hebben
gegeten, begon ik er mijn neus flagrant voor op te trekken. De sukkels, niet
beter wetend, begonnen dan maar het puppyvoer te mengen met de andere brokken
die ze van de fokker meehadden gebracht (brokken met zalm, terwijl ik een
bloedhekel heb aan alles wat vis is). Eerst gaf ik hen de indruk dat ik dat wel
zou gaan eten, maar al snel vond ik er ook geen spat meer aan en trok mijn
goddelijke collieneus ervoor op.
Soms wilde ik nog
wel eens een brokje eten als ze mijn voerbak op het terras neerploften met de
mededeling dat het dan voor de boerderijkatten was. Maar erg lang ben ik ook
niet in die show getrapt.
Door mijn
eigenzinnig en ietwat koppig (de sukkels noemen het stronteigenwijs) karakter
leidde dit er al snel toe dat ik gal begon te spugen. Ja, jullie weten dat
waarschijnlijk wel, het kwam door mijn lege maag. De sukkels wisten dat dus
niet en holden met mij naar de dierenarts. Die onderzocht mij aan alle kanten
en concludeerde dat ik in goede gezondheid was en hij geen reden zag voor mijn
zelfopgelegde hongerstaking.
En toen begon
het, die twee sukkels haalden alle soorten brokken, natvoer, gestoomd voer, worsten,…in
huis. Als ik er een keertje of twee drie wat van at, werden ze euforisch. Dan
wist ik dat het weer tijd was om mijn adellijke neus op te trekken voor de
aangeboden voervariëteiten. Met een halve koffer vol, door mij afgekeurd voer,
reed hij dan naar het plaatselijke dierenasiel.
En toen ontdekte
hij een faceboekgroep over ons goddelijke ras, ja jullie dus, en wat zijn
jullie pretbedervers, want jullie kwamen met allerlei adviezen en ervaringen
van collega collies, die er ook geregeld een loopje mee namen en weigerden te
eten. Daar kwam het advies ook vandaan om op vers vlees over te schakelen en
niet te snel op te geven als ik weer eens mijn kuren kreeg. Eerlijk waar,
jullie hebben het einde van mijn koninkrijk op culinair gebied mee op jullie
geweten.
Zuiver vlees van
twee merken, kwamen als winnaars uit de bus (er zaten ook geen granen,
groenten, fruit of andere toevoegingen in, waarop ik zou kunnen reageren), dus
werd er een verkooppunt in de omgeving gevonden en ging hij op stap om stalen
te halen.
Ik weet het nog,
alsof het gisteren was. Zij zat boven te werken en hij had zo’n vleesrol
ontdooid en deed nu een berg vlees in mijn voerbak. Ik stond erbij en keek
ernaar, stak mijn weledele langsnuit uit richting voerbak, rook eraan en maakte
een lik gebaar. Ja dat likken was niet de bedoeling, maar het vlees zag er best
smakelijk uit. En toen bedacht ik, nee ik trap er niet in. Ze gaan niet zomaar
zonder slag of stoot deze veldslag winnen. Dus ik draaide mij ostentatief om en
liep met veel flegma terug de woonkamer in.
Ik hoorde hem diep zuchten toen zij de keuken binnen kwam en dacht, ja nu wordt het ambiance. Dus ik ging alvast een kijkje nemen. Hij deed zijn verhaal, eindigend met “dus het verwend wicht wil ook dat niet eten”. Nu is zij psychotherapeute en heeft in de loop der jaren groeiend inzicht verworven in mijn hersenkronkels. Dus wat deed zij? Ze vraagt aan hem “hoe heb je dat vlees aangeboden?” Hij toont mijn eetbak. Zij kijkt hem aan met een blik van “tja hat was te denken” Ik vatte haar mimiek volkomen en trok mijn colliesnuit in de gekende plooi die het midden houdt tussen “ben jij wel goed wijs en hoe haal je het in je hoofd?!”. Hierop nam zij een groot plat bord uit de kast en twee lepels en begon hoopjes vlees op dat bord te schikken. Zoals in een restaurant, jullie kennen dat wel, ze noemen dat quenelles volgens haar. Dat bord werd op de juist Elio hoogte op mijn drinkstandaard vastgezet en de twee sukkels begonnen te zeggen hoe lekker dat wel was en dat ik dat waarschijnlijk toch niet ging lusten, maar dat ze het dan wel zelf gingen opeten of aan mijn maatje huiskater Worf gingen geven.
Ja jullie hebben
het door, ze pleegden een staaltje reverse psychology op mij, en ik ben erin
getuind. Toegegeven dat vlees is ook wel heel erg lekker en Worf kwam inderdaad
ook mee eten, wat de zaak wel gezelliger maakte.
Sindsdien sta ik
dus op vers natuurvlees, zoals zij dat zeggen.
Ik heb daarbij
een feilloos systeem ontwikkeld om hen te laten weten of er nog een lading
quenelles moet worden uitgerold, dan wel dat ik voldaan ben. Als ik nog een
hongertje heb, loop ik een rondje rond de keukentafel. Als ik voldaan ben, dan
loop ik weer de woonkamer in en mogen ze afruimen.
Je ziet alles is
training, van de sukkels dan voornamelijk.
In dit verband nog deze raad als afsluiter collie vrienden. Toen ik geopereerd ben, hebben ze zo’n buisje in mijn keel geduwd. Nadien had ik uiteraard keelpijn en alleen een collie kan begrijpen hoe zielig het is om collie te zijn en je ziekjes te voelen. Ik wou dus weerom niet eten en lag met veel pathos op de bak met zo’n rare donutkraag om mijn prachtige kraag. Toen kwamen ze op het idee om mijn vlees in kleine balletjes te draaien (zoals voor de soep) en die zo één voor één aan mijn zielige zelf te voeren. Ik neem jullie in vertrouwen, door te vertellen dat ik dat zo’n zes weken heb volgehouden, lang nadat elk ongemak alweer was verdwenen en vergeten. Totdat hij in de groep te weten kwam dat er zoiets is als colliedrama. Hoe oneerbiedig! Jullie bedoelen er blijkbaar mee dat wij nogal eens zouden durven overdrijven en zo op opportunistische wijze voordelen of extra aandacht binnen halen. Toen moest ik dus weer van het bord gaan eten. Nou jullie worden feestelijk bedankt voor al jullie goede adviezen hoor!
En weten jullie trouwens hoe ik nu mijn oppergoddelijke dominantie vestig
ten aanzien van donker blonde halfgod, juist hoor!, met voer en traktaties.
Sinds goudlokje zijn intrede heeft gedaan eet ik kluif ik zowat alles en dit
als eerste. De sukkels konden hun ogen niet geloven…tja je moet natuurlijk wel
blijven verbazen om het een collieleven lang boeiend te houden toch!?
Prachtig verwoord, helemaal op zijn “collies”
BeantwoordenVerwijderen