de twee sukkels
En hier ben ik weer. En deze keer wil ik het graag hebben over de sukkels en mijn unieke verstandhouding en band met elk van hen.
Jullie begrijpen
al dat dit een heel vertrouwelijk verhaal is, dat ze zeker niet te weten moeten
komen.
Want eerst en
vooral, ik zie die twee oprecht graag met heel mijn colliehart. Alleen heb ik
soms zo mijn eigen gecompliceerde manieren om hen dat te tonen.
Ik zal beginnen
bij haar. Ze is van de regeltjes en de psychologische analyse, tja die beet al
vrij snel haar tanden stuk op mij wat de regeltjes betreft. Ik ben een creatief
genie in het omzeilen ervan en het aanpassen van situaties aan mijn visie. Maar
af en toe laat ze wel voelen dat het menens is, en dan schud ik mijn kaarten
zorgvuldig, want echt sollen met haar, dat durf ik nu ook weer niet. En dan de psychologische
analyse, daar heeft ze voor de rest van ons, hopelijk lange bestaan samen, een
gigantische kluif aan. Ze heeft me weleens een autist genoemd, want ja ik
reageer heel slecht op verandering en raak mega in de stress van onverwachte
situaties of drukte en teveel prikkels.
Maar goed de
vrouwelijke sukkel kent mijn kronkels en grillen wel als geen ander en ze kan
me lezen, denkt ze. Ze zegt altijd dat ik voor haar een open boek ben, de
overmoed, echt pure hybris zouden de Oude Grieken gezegd hebben. En laat mijn
naam nu van de Griekse zonnegod Helios komen. Zijn jullie mee?!
Goed zij heeft
gemerkt dat ik rondjes rond de keukentafel loop als ik honger heb en dit
herhaal als mijn bord nogmaals gevuld moet worden. Is een weggever toch?! Ik
heb geen bestek om dat mee aan te geven hoor!. En dat mijn vlees netjes
geserveerd dient te worden in hoopjes op een plat bord (de inmiddels bekende
quenelles) komt ook van haar. Wat dachten ze dan, dat ik als een doorsnee hond
uit een bak ging eten?!
Ze is ook de
bedenker van de benaming “Elio doet weer een Elvis imitatie, of kortweg een
Elviske doen”. Dat staat voor mijn goddelijke zelf die in toorn vervalt of met
andere woorden, ik die ergens compleet de zeik in heb, maar nog geen grom of
tanden ten berde breng. De Elvis is dus een grimas, waarbij ik één lip en mijn
neus optrek en hierbij ook nog heel zichtbaar lucht in en uit mijn kaken blaas.
Als ik dat doe weet iedereen nu dat een time out zich opdringt.
En ja ze meent
ook te weten dat ik een pompeus maar zeer aaibaar ego heb. Dus als ik vb. in
het trimbusje moet en niet thuis geef, gaat ze me de hemel in prijzen en lokken
met complimentjes en mooie woorden. En ja toegegeven, ik ben daar nogal
gevoelig aan, zeker met publiek erbij.
Maar anderzijds
is zij ook soms overbezorgd en vallen er nogal wat “pas op hier, voorzichtig
daar” en raakt ze nogal snel over de rooie bij mijn fratsen, zeker als ze nog
maar denkt dat er mij iets zou kunnen overkomen. Nu dat heeft hij ook hoor. Zo
erg dat de hondengedragstherapeut hen jaren geleden zei dat ik geen surrogaat
kind ben maar wel degelijk een stevige en potige herdershond. Ook al zie ik er
natuurlijk super aaibaar uit met mijn prachtige colliemanen.
Dat verandert dan weer als ik echt ziekjes ben of een pijntje heb. Zij gaat dan kordaat over op “dat moet verzorgd worden”, terwijl hij dan in een empathisch “ocharme ventje toch” blijft hangen en ik dan mijn voordeel kan doen om gunsten los te weken (wekenlang mijn voer in keurige balletjes in mijn mond aangeleverd krijgen terwijl ik op de bank lig, hem om 22u ’s avonds nog naar de DA laten rijden voor een pijnstillende siroop, omdat ik die pilletjes niet wil slikken, hem op zondag de DA van wacht erbij laten halen omdat ik vertik om mijn medicatie te nemen en niet wil eten of drinken (en bij aankomst van de DA veer ik dan recht en doe een run op mijn drinkbak en bord, waarna ik toch maar een extra spuitje krijg).
En ja wat haar
betreft heb ik wel wat op mijn kerfstok. Toen ik zo’n maand of 8, 9 was heb ik
haar gevloerd met een welgemikte tackle, op een koude december avond, op de
helling aan het terras in de tuin. Hij was niet thuis, want zijn vader was die
middag plots overleden en daar was hij heen. Toen ze de boerderijkatten eten
wilde geven, sprong ik eerst tegen haar op en gaf dan een tackle, waar menig
voetballer een rode kaart voor zou krijgen. En dus werd zij met een complexe
gefragmenteerde enkelbreuk en gebroken kuitbeen afgevoerd met de ambulance,
begeleid door de buren, die mij in allerijl naar binnen sleepten. Vervolgens
heb ik haar 5 dagen niet meer gezien en zat ik dus elke dag nodeloos te wachten
naast haar stoel in de woonkamer om ons dagelijks knuffelritueel (het
babyhondje) te doen. Tot we, hij en ik, met de auto ergens heen reden en zij plots
opdook met een enorme witte blok aan haar been en een heel vreemde geur. Ik ben
van puur enthousiasme over de autozetel in haar nek gevlogen. Op de instapzone van
het ziekenhuis stonden mensen te kijken naar “collie verscheurt vrouw, van pure
liefde”. Eens thuis ben ik bovenop haar gekropen, toen ze in het ziekenhuisbed
in de woonkamer lag en ik ben de hele revalidatie en 3 operaties verder, niet
meer van haar zijde geweken. Ook niet toen ze met rolstoel en later met
springrek en krukken door het huis huppelde. Ik kreeg dagelijks te horen dat
recidive van de tackle geen optie was en ik me dus koest moest houden. De thuisverpleegsters noemden mij “hun
Scottish lover” en hij moest mij verwijderen als de kinesist aan huis kwam,
want die deed haar pijn en dan ging ik met veel flegma aan zijn broek hangen.
En dan is er
natuurlijk nog de mannelijke sukkel. Met hem heb ik de grootste gein, want het
duurde in het begin heel lang voor hij mijn fratsen doorzag en met hem een
loopje nemen werd een favoriet tijdverdrijf. Zo erg dat de
hondengedragstherapeut hem assertiviteitslessen begon te geven, compleet met
rollenspel. We hebben ons toen echt vermaakt hoor! Dat net ik zo’n sukkel trof,
ze zien het hier als een soort levensles, voor hem uiteraard. Hem de baas laten
worden over mij en leiding laten nemen,
wat heeft de sukkel daar hard op moeten trainen. Ik weet nog dat ik niet meer
in de auto wou en de gedragstherapeut hem het commando en gebaar voordeed en ik
dat bij Luc netjes uitvoerde. Toen probeerde zij het en ja hoor ik die auto in.
En dan kwam hij erbij. En ik dacht, klaar nu, en stopte netjes en abrupt vlak
voor het open portier van de auto, waardoor hij bijna op de achterbank vloog.
Luc zei toen lachend dat hij dat eens ging filmen met een voice over om te
tonen op de cursus hondeninstructeur hoe het niet moet.
Het moet gezegd,
ik ken netjes alle commando’s, maar ga nu niet denken dat ik eindeloos “zit,
liggen, blijf, stop,…ga uitvoeren” Ik zal me netjes neerleggen als ze lief
vragen “Elio nest”, wat liggen betekent op mijn vast plekje, maar verder ga ik
niet.
Luc heeft hem dus
ook wijs gemaakt dat ik uit de weg moet voor de sukkel als ik zijn pad versper,
want ja ook dat vertikte ik en ik durfde zelfs grommen en mijn tanden tonen.
Met de mannelijke sukkel heb ik dus een hele weg afgelegd in zijn training, maar evengoed doen we nog dagelijks samen “zeteltje”, wat neerkomt op een mega knuffel ’s morgens als hij beneden komt. Zo starten wij samen de dag.
Zalig om te lezen! ❤
BeantwoordenVerwijderenwat heb ik hier terug van genoten !
BeantwoordenVerwijderen